vrijdag 18 augustus 2017

Op avontuur naar de rivier van bloed en zoveel meer...


Cali (hier alle foto's)
Onze reis in Colombia werd verdergezet in de 3e grootste stad van het land en ook wel de hoofdstad van de salsa genoemd. Naar mijn mening kunnen ze het ook wel de stad van de kat (gato) noemen want zoveel standbeelden van een kat hadden we nog nooit gezien. Naar het voorbeeld van de koeien hebben ze hier de katten versierd tot kunstobjecten.










Je hebt er ook wel enkele gebouwen die het bekijken waard zijn.





Maar wat ons toch het meest boeide was de streetart, uiteraard.


















Het beste uitzicht van de stad krijg je bij de Cristo del Rey, een Christus standbeeld van 26 meter hoog, die vaak vergeleken wordt met het Christus beeld van Rio de Janeiro, die 30 meter hoog is. Die laatste is toch wel nog veel indrukwekkender, ook door de ligging, maar hier heb je dan weer minder volk en moet je geen inkom betalen!


Popayan (hier alle foto's)
Popayán staat dan weer bekend om zijn schitterende koloniale huizen en wordt ook wel de "witte stad" genoemd. Alle huizen zijn er namelijk wit, zelfs de streetart is aangepast in zachte kleuren! De stad leverde de meeste presidenten en er komen vele bekende dichters, componisten en schilders vandaan. Reden genoeg dus er om er wat rond te hangen. We zijn er uiteindelijk 6 nachten gebleven.






 



We zijn ook een halve dag erop uitgetrokken naar het nationaal park Purace. Het is er erg mooi, maar bijna altijd koud met veel wind. Dit was bij ons ook niet anders zodat we ons bezoek beperkt hebben met het bewonderen van de Andescondor, de grootste vogel op aarde. Op een erg winderige rots wordt er door de parkwachters in de ochtend wat vlees gelegd zodat je de condors van erg dichtbij kan zien. Wij waren wat aan de late kant en hebben er gelukkig nog ene gezien. Wat een beest!




Op een berg aan de buitenrand van Popayan staat een standbeeld, samen met heel wat soldaten. Wat die daar staan te doen is ons niet helemaal duidelijk en we willen het ook niet weten.... Het is een feit dat je in de omgeving bij een verplaatsing regelmatig op een wegcontrole stuit waarbij je je pas moet laten zien. Ons geeft het alleszins een veilig gevoel.




Hier lopen er ook kattenliefhebbers rond, onder het motto, zet eens een kat op je hoofd. Die bleef daar echt de hele tijd zitten.


Silvia (hier alle foto's)
Silvia is een bergdorpje op zo'n anderhalf uur rijden van Popayan. Elke dinsdag is het er markt en komen de Guambiano indianen uit de nabijgelegen bergdorpjes hier hun groenten, fruit en traditionele medicijnen ruilen en verkopen. De Guambiano behouden vandaag de dag nog steeds hun traditionele levensstijl. De vrouwen kleden zich in een zwarte rok en felblauwe poncho, de mannen een felblauwe rok en een donkerblauwe of zwarte poncho. Zowel de mannen als de vrouwen dragen meestal een zwart bolhoedje en veel vrouwen hebben hetzelfde carré kapsel.











San Augustin (hier alle foto's)
San Agustín staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO en is bekend om haar oude vulkanische en mysterieuze beelden. Het wordt als een belangrijke archeologische plek gezien omdat hier 5000 jaar geleden één van Latijns-Amerika’s oudste culturen heeft geleefd. De beelden zijn tot 4 meter groot en hebben verschillende betekenissen.  De meeste beelden zijn half mens, half dier en de slang, adelaar, muis, krokodil en kikker komen vaak terug. De mensen zijn afgebeeld met amandelvormige ogen, een platte neus en een grote mond. De beelden zijn een soort grafstenen en houden de wacht bij graftombes met schatten als goud en aardewerk. We logeerden vlak bij het archeologisch park. Een leuk optrekje, niet?


Het dorp heeft een mooie ligging tussen de bergen en het is dus zeker de moeite om de omgeving per jeep te verkennen. Je passeert dan ook enkele plaatsen met beelden, maar ook reusachtige watervallen en prachtige landschappen. Op veel plaatsen zijn er werken aan de weg, zodat de uitstap erg lang duurt. Stef heeft de jeep samen met enkele anderen uit de modder moeten duwen. Van onder tot boven zat hij onder de modder!














Voor het archeologisch park kan je best ook een paar uren uittrekken want het is een erg uitgestrekt park. Over de San Agustín-indianen, die de beelden waarschijnlijk gebouwd hebben, is weinig bekend, omdat ze al waren verdwenen voor de Spaanse verovering. Het blijft dus raden over het hoe en waarom. Maar een feit is dat de beelden leuk en mysterieus zijn.











Cano Cristales  (hier alle foto's van dit fenomeen)
Deze rivier wordt ook wel "de rivier van de vijf kleuren", de "vloeibare regenboog", "de rivier van bloed" of "de rivier die is weggelopen uit het paradijs" genoemd en wordt door velen als mooiste rivier van de wereld beschouwd. Awel, door ons nu ook se! En dat is niet voor niets. De rivier in het Nationaal Park Serranía de la Macarena is namelijk een absoluut natuurwonder. Gedurende het grootste deel van het jaar is de Caño Cristales een gewone rivier, zoals vele andere rivieren. In de korte periode tussen het natte en het droge seizoen (van juli tot november) daalt het waterpeil van de rivier echter, waardoor de zon de mossen en algen in het water kan bereiken met als gevolg dat deze massaal tot bloei komen. Deze explosie van kleurige bloemen doet de Caño Cristales veranderen in een regenboogrivier met kleuren die variëren van vuurrood tot knalgroen en van geel tot roze en dat levert zo'n indrukwekkend schouwspel op dat we niet gauw zullen vergeten. De rode kleur ontstaat door de plant Macarenia clavigera. Het water is uitzonderlijk schoon vanwege het ontbreken van voedingsstoffen.
Dit wereldwonder is echter niet zo makkelijk te bereiken en ook nog niet heel lang open voor publiek, aangezien dit FARC-gebied was. Het is het makkelijkst te bereiken per vliegtuig vanaf Bogota, maar nogal prijzig. Aangezien wij meer tijd dan geld hebben en waarom makkelijk als moeilijk ook kan zijn wij over het land (door FARC-gebied) gereisd. We hebben er 3 dagen over gedaan om er te geraken. De eerste dag was nog een makkie, van San Augustin, via Pitolito, naar Florencia. Dit was een reis van 4u. De volgende dag was een reis van 3u naar San Vincente del Aguan. De eerste 2 dagen zou je dus wel op 1 dag kunnen doen maar dat maakt het weer erg zwaar. De 3e dag gaat het per jeep naar La Macarena, over een erg hobbelige weg. Een plaatsje in de jeep ipv achterin is dus geen overbodige luxe. Onderweg zie je veel legerposten, soms zelfs met tanks en 1 keer werd onze bagage doorzocht. Voor de rest merk je niets meer van de aanwezigheid van de FARC en lijkt het veilig.
Bij aankomst in La Macarena wilden we zsm regelen dat we de dag erop naar de rivier konden gaan maar dit bleek niet zo makkelijk als gezegd. De kantoren waren al dicht en bijna iedereen boekt van te voren alles in een pakket. Gelukkig stond er ergens nog een deur op een kier, maar het werd al snel duidelijk dat de kans klein was dat we 's anderdaags konden gaan. Ook zijn de kosten heel wat hoger als je maar met 2 bent. De meesten gaan in groepen van 7 zodat de kosten van kano, gids en jeep gedeeld kunnen worden. Maar de prijs maakte ons al lang niet meer uit, als we maar konden gaan. Via dit kantoor hebben we een heel mooi verblijf gevonden. En ons grote geluk was dat de persoon die ons opwachtte ook in dat kantoor werkte. Hij heeft die avond en ochtend echt alle moeite gedaan om voor ons nog een permit geregeld te krijgen en het is hem gelukt! Bij vertrek was het stralende, blauwe hemel, nog zo'n meevaller, want de kleuren in de rivier komen pas goed tot hun recht bij zonneschijn. Overgelukkig waren we.
Eerst dien je om half 8 in de ochtend een video te bekijken want er zijn heel wat regeltjes opgesteld om de rivier te mogen bezoeken. De planten zijn nogal gevoelig voor zaken als zonnecrème en anti-muggen spray, dus deze mag je niet gebruiken. Ook mag je enkel hervulbare flessen meenemen, niets verpakt in plastiek en ga zo maar door. Prima dat ze er alles intact willen houden, alleen is hier erg weinig controle op maar we hebben er gelukkig geen papiertje of plastiek zien liggen. De kanotocht duurt een 15-tal minuten, dan moet je nog een half uur per jeep tot je aan de startplaats van de wandeling komt. Met onze Spaanstalige gids gingen we op weg. Het is een klein uurtje wandelen vooraleer je een eerste glimp te zien krijgt van de rode rivier. Het is een erg speciaal moment.








En zo kom je alsmaar bij andere betoverende plekken terecht met telkens weer andere kleuren, watervalletjes, poelen, echt onbeschrijflijk.

















Op sommige plaatsen, waar er geen planten zijn, mag je ook zwemmen. Een mooier zwembad hebben we nog nooit gezien. De frisse duik was ook erg welkom want het was een erg warme dag, met al die zon.



De fotograaf heeft overuren gemaakt. Gelukkig is het tijdperk van de filmrolletjes voorbij, want ik had er veel nodig gehad!












Het was er super! We hebben er echt van genoten. Dit was voor ons de belangrijkste reden om naar Colombia te komen en het was meer dan geslaagd.
De terugweg hebben we opnieuw over land gedaan maar dan naar Neiva. 2 dagen 7u in een jeep waren daar voor nodig, maar wat maakt het uit met zulke mooie beelden die nog op je netvlies gebrand staan.
De andere avonturen gaan we jullie nog besparen voor de volgende keer. In dit groot land is er nu eenmaal veel te beleven! Hasta Luego!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten